
Citaat van: antonv op donderdag 11 februari 2021, 16:52:38
En 5115 is verlenging voor de overweg
Als trotse bezitter van deze overweg in 1969 bezat ik ook 5115 en 5116 rails.
Ik reed toen nog op M-rails (er was ook geen keus, toen, binnen het Märklin aanbod).

Als je goed kijkt, dan heeft deze rails, net als de bijbehorende halfjes, niet alleen rode stippen, maar ook inkepingen aan de geïsoleerde spoorstaaf-kant bij de raillasjes (beide kopse kanten).
De bedoeling is dat alle inkepingen en rode stippen aan dezelfde kant zitten (van begin tot eind) want anders werkt het niet.
Maar dat terzijde, want niet het topic.
We zijn er dus uit: massadetectie kan gewoon op M-rails, op eenzelfde manier als bij de overweg 7192 benut werd.
En die 5115 en 5116 heeft zelf geen aansluitbussen, want die had de overweg niet nodig.
En 5115 en 5116 sluit je af met aan beide zijden een geprepareerd halfje. Natuurlijk kun je die rails ook zelf maken, en dan ben je niet gebonden aan het gebruik van die speciale halfjes, maar dat is ook al niet het topic.
Het is niet zo gek dat massadetectie op M-rails gewoon kan, op daarvoor geprepareerde rails.
Ik herinner me een oudje
M-track (die link doet het bij mij niet meer en de provider
casema.nl is overgenomen door
Ziggo.nl) had een blokmodule op basis van massadetectie met speciaal geprepareerde M-rails.
M. Schulte gebruikte daarvoor analoog 2 trafo's, een lichttrafo en een rijtrafo. De lichttrafo (constante spanning) werd gebruikt voor de logische schakeling (CDU met relais), en de rijtrafo (variabele spanning) werd gebruikt om mee te rijden. Omdat z'n site niet te vinden is, voeg ik hier z'n animatie toe (bijlage) van analoge massadetectie.
Van beide trafo's zat de massa aangesloten op de niet-geïsoleerde spoorstaaf. Zodra een trein op de geprepareerde rails reed, verbonden de wielen de niet-geïsoleerde staaf met de geïsoleerde staaf. Die staaf was verbonden met de blokmodule, en de blokmodule stuurde de blokseinen aan langs de baan.
Analoog moet je twee trafo's gebruiken (omdat als treinen stilstaan, er geen rijspanning is).
Omdat de secundaire trafo kant onvoldoende scheiding biedt tussen licht- en rijspanning stroomkring,
moet je een volledig onafhankelijke tweede stroombron (voeding) gebruiken.
Digitaal kun je volstaan met één voeding (omdat ook als treinen stilstaan, er wel constante rijspanning is).
En je gebruikt S88 voor 1 melding van 1 aaneengesloten geïsoleerde spoorstaaf van xxx cm lengte.
Punt. Klaar. Wat was de vraag ook alweer?