Mark heeft gelijk. Er bestaan theorie- en er bestaan praktijkmensen.
De meeste aannemers wijken af van het bestek, en daarvoor bestaan gegronde redenen.
Als ik naar mijn eigen vlierinkje kijk, dan zijn afwijkingen van de bouwtekeningen in de praktijk meer dan 20 cm.
Je moet gewoon doen wat je het beste ligt.
Toch heb ik het nog even berekend. Bij R=584 mm is de overhang van een Trix 23994 43 mm (exclusief halve wagonbreedte+marge).
Dat is geen standaard K-rail radius maat, maar een maximale radius berekend op een breedte van 122 cm, en de uitzwenking van een Lima BDt wagen in de buitenste boog.
Voertuig kan door R1=360 mm radius
formule overhang: straal - straal*(sqrt(1- deling (koorde*koorde / 4*straal*straal)
koorde1=435 (Trix 23994)
koorde2=368 (Trix 24019)
Trix 23994 overhang bij R1=74 mm (afgerond)
Trix 24019 overhang bij R1=51 mm (afgerond)
Berekend vanaf het midden van de rails, dus exclusief de halve wagonbreedte en exclusief veiligheidsmarge, dus feitelijk is wel het iets meer. Stel een wagon is standaard 32 mm breed, dan geldt
Trix 23994 overhang = 74+16+schampmarge = 90 mm+marge
En dat zegt een theoriemens echt wel wat.
Een praktijkmens zoekt meestal een workaround, en die is er ook:
dit voertuig altijd laten rijden op radius R2 of hoger, en
het binnenliggende spoor vrijhouden als dit voertuig passeert.
Die overhang heeft bepaalde consequenties in bogen
(en daarvoor bestaat geen workaround):
-brugleuning (afstand tot rails en hoogte)
-breedte tot aan tunnelmond (tunnelportaalbreedte)
-afstand tot bovenleidingmasten
-afstand tot seinen
-afstand tot draadstangen (of andere bevestigingen)
-afstand tot perron, hoogte van perron
-afstand tot lichtsluis onderdelen of scenery
en noem nog eens wat.
Dus stel je wilt eigenlijk weten wat de hart-op-hart afstand moet zijn tussen twee bogen, dan neem je de straal van de buitenste boog als gegeven, en bereken je de overhang bij die straal. Daar tel je de halve wagonbreedte bij op, plus een kleine veiligheidsmarge.
De binnenboog geeft een uitzwenking. Om de maximale uitzwenking te berekenen, moet je uitvinden welk rijtuig de grootste uitzwenking+halve wagonbreedte heeft; en dat is zeker niet de Schnabelträger.
Dat meest uitzwenkend voertuig moet minder uitzwenken dan de Schnabelträger kan overhangen.
Dat is eigenlijk het hele eieren-eten.