Het is niet de decoder die in MM2 mode maar 4 functies aan kan.
Nee, de vier functies is een beperking in het MM2 protocol zelf.
Net als elk protocol stuurt MM2 datapakketjes door naar de decoder van de loc.
De grootte en indeling van deze pakketjes is vast gelegd in het protocol en bepalen dus de werking.
Als je een loc aanstuut om te gaan rijden, wordt een MM2 datapakketje vanuit de central gestuurd met het adres van de decoder en een opdracht, in dit geval een snelheidsstap.
In elk datapakket van het protocol zijn een beperkt aantal bits aangewezen voor de snelheidsstappen, 16 om exact te zijn, waarvan er één wordt gebruikt om te stoppen en één om de rijrichting te veranderen, blijven er 14 over voor de rijstappen.
Zo is het ook met de functies.
Er zijn eenvoudig gezegd in het protocol, per adres 4 functie bitcombinaties vast gelegd om de 4 functies te onderscheiden.
De decoderchip ontvangt bijvoorbeeld een datapakketje met het adres waarop de decoder is ingesteld.
Het datapakketje wordt dan geaccepteerd en de inhoud wordt uitgelezen, bijvoorbeeld de bitvolgorde die bij functie 1 hoort en de bijbehorende status (aan of uit).
Bij de oude MM2 decoder chips correspondeerde elke functie met een stuuruitgang (AUX) op de chip.
Deze uitgang kan een transistor laten schakelen, die op zijn beurt een lampje, of een andere stroomvebruiker kon schakelen (aan of uit zetten).
In dit geval wordt de uitgang die met functie 1 correpondeerd aan of uit gezet.
Wil je nu meer dan 4 functies in dezelfde decoder aansturen, dan heb je een tweede adres nodig (Dit is overigens niet mogelijk bij de oude MM2 decoders met dipswitches).
Van dit tweede adres worden alleen functie gerelateerde gegevens verwerkt.
Als je met dit adres een snelheidsopdracht verstuurt, dan doet de decoder hier niks mee, de opdracht wordt genegeerd.
Wat ik beschrijf is niet de exacte werking van het protocol.
In werkelijkheid ligt het wat ingewikkelder.
Je kunt de werking van het protocol hier nog eens rustig bekijken.
==> Klik.