Alles hangt of staat met de goniometrie.
Bassis is gevormd in het verleden.
Vroeger had je alleen M-rails uit de 5100-serie. R1 = 360mm.
Wissels zijn 30 graden en ook R1. Een rechte 1/1 rail is 180mm.
Er zijn verder 1/2, 1/4, 1/8 en rechte passtukjes.
Van R1 zijn er verder 1/2, 1/4 stukjes
Dubbel spoor bracht de hart-op-hart afstand op 96mm. Vrij royaal en niet zo mooi als er dubbelsporig bochten in het spel komen. Om dit op te vangen is er een railstuk van 96mm.
Daarna kwam R2. Alles van R2 valt in de 5200-serie. R2 = 437,6mm
Wissels zijn 24,6 graden. Dubbel spoor met wissels uit R2 brengt de h.o.h. afstand op 77,4 mm.
R1 + 77,4 = R2. Hierdoor is R2 het exacte paralelspoor bij dubbelsporige trajecten in bochten.
Van R2 zijn er verder 1/2, 1/4 en passtukjes 24,6 en 5,4gr.
Later zijn de meegebogen wissels (R1, 30gr en 2-delige wissels (R1, 22,5+7,5gr.) uitgebracht.
C-rail.
R1 is nog steeds 360mm. Er zijn 1/1, 1/2, 1/4 railstuken en de meegebogen wissel.
Basis rechte rail is nu 2x 180 mm. Opgedeeld in 188mm (24188) en 172mm (24172)
Wissels zijn R2 met een rechte lengte van 188mm. Om terug te komen naar het basis raster van 360mm komt na een wissel (altijd) een railstuk van 172mm. Aan het gebogen railstuk komt dan: tegenbocht 24224 of rechte rail 24188 of een andere wissel R2.
R2 is er in 1/1, (30gr) 1/2, 1/4 en tegenbocht 24,6 en passtuk 5,4gr.
Nummers: (even snel)
24xxx. Bij rechte rails is xxx de lengte.
24xxx. Bij gebogen rails = 1e x straal (R) 1-5. De 2e en 3e x = hoek in graden.
246xx bij wissels en bijzondere raistukken.
Dit is dus de basis.
K-rail heb ik maar even weg gelaten.
M- en K-rail kennen nog de industrie circel R0
K-en C- rail kennen nog een R3, 4, 5 en slanke wissels; doch zijn niet gelijk.
Ik hoop dat deze info wat meer duidelijk schept.
Mvg. Marcel
Ps. R-maten heb ik even uit mijn hoofd gedaan. Mocht ik er naast zitten, dan zal ik het nog aanpassen.