Voor nagenoeg alles is een oplossing:

Ik kon mijn waardering niet anders graderen.
Zijn bij lichtsluizen ook schakelversterkers nodig om vier magneetartikelen gelijktijdig te schakelen ?
Zeker wel! En bij contactrails ook. In beide gevallen is de beschikbare schakelstroom te laag om
zelfs maar 1 Märklin magneetartikel fatsoenlijk te schakelen.
Meestal zet je daar een relais of transistor tussen, om iets te kunnen schakelen,
en om schakelstroom te scheiden van detectiestroom.
Het nadeel van contactrails bij analoog is de benodigde referentiestroom. D.w.z. als een analoge trein stil staat op een bepaalde sectie, dan is er geen rijspanning in die sectie. Als je op dat moment toch analoog een trein wilt detecteren, heb je een tweede stroombron nodig. Lichtsluizen nemen ook stilstaande treinen waar.
t.a.v. b. Reedcontacten links en rechts van de baan is ook aan te bevelen omdat wisseltongen dan niet gemagnetiseerd kunnen worden. Het Voordeel is ook het Nadeel: Als een trein een keerlus door rijdt, dan zit de magneet daarna aan de andere kant (want hij rijdt de andere kant op zonder te pendelen). Als een trein daarentegen kop maakt (op een kopspoor) dan zit de magneet nog steeds aan dezelfde kant, terwijl de trein toch de andere kant op rijdt.
+ c. Je kunt de magneet in de laatste wagon vervangen door een elektromagneet.
Je geeft dan de laatste wagon een eigen relais:
de rijrichting bepaalt of de elektromagneet aan is of uit (laatste wagon of niet),
dat werkt goed zowel bij keerlus als bij pendelen,
bij gelijkstroom is rijrichting iets simpeler vast te stellen.