Citaat van: Casey op woensdag 04 december 2019, 22:33:58
Beste Jan,
Ik begrijp het dat ik iets vraag wat zeer problematisch op te lossen
Integendeel, het zou heel simpel moeten zijn.
Je moet alleen niet een baan opdelen met blokseinen,
maar opdelen in blokken, en die blokken met bezetmelders detecteren.
(analoog doe ik dat ook: blokken+sensorbewaking_per_blok=>seinbeelden)
Mijn probleem: ik ben een analoog-freak.
Jouw probleem: jij rijdt digitaal.
Elk digitaal systeem is anders, en vraagt om een andere benadering. Gelukkig geef je dat al aan.
Jij werkt met CS 3+. Dat wil zeggen een systeem dat via bezetmelders is staat is vast te stellen waar een loc zich bevindt.
Het enige wat je dus nodig hebt zijn bezetmelders. Heel de rest is software (dus configuratie), dus ook de configuratie van je blokseinen.
En daarmee zit je bijvoorbeeld in dit draadje:
Vraagje over s88 decoder en cs3 plus.
Ik snap daar geen hol van, maar de deelnemers daarin wel.
En die moet je kennelijk aanspreken (of aanschrijven) om antwoord te krijgen op je vraag (of vragen).
Of het rijden met 2 locs makkelijker is dan met 3 in 4 blokken?
Analoog gezien, ja natuurlijk (maar 3 gaat ook).
Maar digitaal gezien, nee. Immers, er kunnen ook 2 digitale locs in 1 blok rijden, zolang ze maar uniek zijn.
Ik heb dat wel gezien op demo banen.
Lastiger is het als locs een sleep hebben: een trein is een loc (of meer locs) met een sleep.
Dan moet je de treinlengte weten om meer dan 1 loc (en dan niet als tandem) in een blok toe te kunnen staan (het moet wel passen).
In praktijk zijn bloklengtes minimaal zo lang als de langste trein; dat hoeft niet (zowel analoog als digitaal niet),
maar is vaak wel zo, uit gemakzucht (en het is goedkoper).
@Hero:
CiteerVerder denk ik dat 4 blokken drie rijdende treinen de verkeerde verhouding is.
Er kan er altijd maar een één blok opschuiven.
Een trein is geen loc, een trein kan lang zijn of kort. Mijn langste trein is 220 cm, de kortste is 80 cm.
Bij treinen van 2,2 meter (bijna maximale bloklengte) kun je zeggen dat ze ombeurten altijd maar 1 blok kunnen opschuiven.
Want het blok wat verlaten wordt, mag pas vrijgegeven worden voor inrijden, als het blok vrij is (oftewel die trein volledig is opgeschoven).
Maar als er treinen tussendoor rijden van 80 cm (waarvan er bijna 3 passen in een en het zelfde blok), dan ligt dat anders.
Als een lange trein niet in het langste blok past, dan moet hij meestal door rijden (mag hij meestal niet stoppen, want dan steekt hij aan de achterkant uit) tot hij in een blok komt waarin hij wel past. "meestal" betekent niet altijd. Dat bepaal je zelf op je eigen treinbaan: bijvoorbeeld zo: als hij wel mag stoppen (maar niet past), dan mag hij het vorige blok niet vrijgeven om in te rijden.
Daarom is bezetmelding (waar zit die trein nu), geijkte treinlengte (hoe lang is dat ding), en blokvorming (waar begint en eindigt een blok, en wat mag erin passen en hoe) zo belangrijk, zowel analoog als digitaal. Alleen de manier waarop je dat doet, verschilt.
Jij rijdt met CS3+, dus bijna alles is te configureren in de software van dat ding. Maar een bezetmelder is hardware, en die moet je wel hebben (bij 4 blokken 4-12 stuks). Seinen en wissels zijn hardware (ik neem aan dat je die hebt), maar ze worden aangestuurd door decoders, en die worden door de software in de CS3+ aangestuurd. Die decoders moet je wel hebben. Plus de kabels, en de hele rimram. Lees je in.
Ik weet niet wat je hebt, dus kan ik je vragen niet beantwoorden.