Dank voor je reactie; in fase klopt het doorschakelen van de massa dus.
Het schakelkastje 72720 heb ik er tussen getekend om het begrijpelijk te houden voor een 3-rail rijder wat hier gebeurt.
In praktijk wordt het linker relais (AC/DC) ingesteld door de lok; daarbij gebruikte ik in de net afgebroken modelbaan reedcontacten en schakelrails om de twee soorten uit elkaar te houden. Maar ik heb de massa van de trafo's nog nooit door gekoppeld, en de stroomkringen altijd angstvallig gescheiden gehouden.
Het rechter relais (functie is vergelijkbaar met een sein) is blokgestuurd, en wordt dus niet (altijd) tegelijkertijd geschakeld. Dus het klopt dat de aansturing van de relais onderling niet is vergrendeld.
Het schakelkastje symboliseert de onafhankelijkheid onderling.
De grijze en lichtblauwe baan geven de stroom door van het AC/DC relais naar het Start/Stop relais, en die geeft het resultaat weer door aan de spoorstaven.
Je vraag is: wat gebeurt er bij ontsporing?
Die stel je omdat de puko's altijd stroom hebben, in het ene schema + (prik), in het andere schema - (massa). Ik heb of mazzel gehad, of de baan te kort gebruikt. Gek genoeg, geen ontsporing gehad.
Eerlijk gezegd, ik weet het niet, omdat ik de massa's nog nooit heb door verbonden.
Voor zover ik het zie, is kortsluiting iets wat op dat moment zich beperkt tot de op dat moment ingeschakelde stroomsoort (en railtype). Maar die puko's veranderen de zaak, als daarop altijd stroom staat, en zeker als de massa en de min van alle trafo's is doorverbonden.
Kortsluiting is in theorie mogelijk tussen DC+ en puko-massa, of tussen DC- en puko-prik.
Een reden om alles om te bouwen bij de nieuwe baan naar schema 2, is niet kortsluiting maar de voordelen (logisch, maar ook centjes) van 3 spoorstaven die elk apart -(massa) geschakeld kunnen zijn.
Alleen de puko's geef ik permanent stroom omdat dit een relais per blok scheelt.
Een van de winstpunten die ik zie, staat in dit schema'tje:
Een reedrelais schakelt een monostabiel relais. Het reedrelais ligt aan de -, de stroom loopt van de + via het relais naar het reedcontact dat aan de min hangt. Vervang die min door een diode die aan de spoorstaaf hangt.
Als de spoorstaaf plus is verspert de diode de weg. Als de spoorstaaf min is, kan het reedcontact schakelen.
Voor 2-rail analoog betekent dit dat het reedcontact alleen schakelt als de polarisatie (=rijrichting) klopt.
Voor de middenrail betekent dit dat het reedcontact ongeacht de rijrichting altijd schakelt.
Of ben ik nu even de weg kwijt?
Als dit werkt, dan heb ik 2 basisschakelingen met reedcontact voor 2-rail, wel of niet richting afhankelijk (en 2 voor 3-rail, zonder reedcontact, wel en niet richtingafhankelijk). Op de oude baan mistte ik er eentje.
In 2-rail (met DC-stroom) heb je sec gezien geen reedcontacten nodig om een richtingafhankelijk signaal te hebben, wel diodes. Voorbeelden daarvan vond ik getekend op Rob Paisley's webpage
http://home.cogeco.ca/~rpaisley4/AutoRevCheapTrackBasic.GIFhttp://home.cogeco.ca/~rpaisley4/AutoRevCheapTrackStops.GIFhttp://home.cogeco.ca/~rpaisley4/AutoRevCheapTrackSpeed.GIFhttp://home.cogeco.ca/~rpaisley4/AutoRevCheapTrackWye.GIFDie meneer gebruikt diodes en railisolatie om richtinggevoelige schakelingen te bouwen in zijn 2-rail baan, en profiteert daarvan met zelf gebouwde schakelingen.
Reedcontacten zijn veel en veel duurder dan diodes. Het voordeel van reedcontact met diode is dat het signaal veel korter duurt en dat je onderscheid kunt maken tussen treinen die wel/niet een magneet op de goede plek hebben zitten, en wel/niet de goede kant op rijden.