LS
Als zoon van een Rotterdamse trambestuurder reed ik regelmatig in de jaren 50 als klein jochie met hem mee op de tram der Rotterdamsche Elektrische Tram. (RET)
Toen ik 6 jaar oud was mocht ik van mijn moeder, mijn vader zijn brood en koffie gaan brengen . Dat was op mijn kleine fietsje van Katendrecht naar het Stieltjes plein op Rdam Zuid. Ik mocht toen ook met mijn vader meerijden van het Stieltjesplein naar Blijdorp Diergaarde in Rotterdam. Dat was een hele rit met zo'n vierasser. Over de Maasbruggen en dwars door het toen nog kale centrum van Rotjeknor.
Ook piepte ik regelmatig van huis weg om naar mijn vader te gaan en op goed geluk wachten tot hij langs met zijn tram en dan maar weer eens aan zijn voorganger vragen hoelaat bestuurder Wijmans langs kwam of welk wagennummer hij had ,want dan hoefde je alleen maar de trams te tellen , deze hadden nm allemaal een volgnummer hahahaha
En dan als hij er dan aankwam, gauw instappen en hem dan verrassen met mijn aanwezigheid .
Mijn vader moest daarom regelmatig aan het eindpunt mijn moeder bellen om te zeggen dat haar Koosie bij hem was .
Wij hadden nog geen telefoon thuis maar dit ging dan via de kruidenier.
Ik mocht als jochie soms weleens aan het "stuurrad" draaien en kon er net overheen kijken.

Ook in de avondritten stond mijn vader op de bok met achter zich een zwaar velours gordijn in verband met de lichtinval van de binnenverlichting van de tram en dat was best spannend.
Ook had je de chefs, lang niet mals ,die soms zich verdekt opstelde om te kijken of je wel bij haltes stopte
Je had een rot chef die heette Oosterboer en toen had een collega van mijn vader aan het eindpunt, in de grond, een suikerbiet neergezet met een bordje en daarop stond te lezen: 'Voer voor Oosterboer"
Het verhaal verteld verder niet of hij het inderdaad heeft opgegeten.
Het waren het lange diensten van wel 9 uur, welke staand op de bok werden doorgebracht en pas na vele jaren mocht je het zadel gebruiken . Ook had je gebroken diensten, dat betekende vroeg op, een paar uurtjes rijden en dan weer naar huis en dan in de middag de spitsritten rijden. Ook in de winterdag vroeg op en dan ging mijn vader op het fietsje naar de Remise Kralingen om de vroege tram te laten rijden. Mijn vader was toen ook wel blij dat in 1956 omtrent de gelede trams kwamen in de 200 serie. Beter beschut tegen kou enz .
Hij is in 1980 gepensioneerd en heeft 2 jaar geleden, als 93 jarige oud trambestuurder, nog even op de "bok' gestaan van de vierasser in het Openluchtmuseum. Inmiddels is hij bijna 96 jaar en geniet nog steeds van zijn pensioen.
De rest zijn jeugdherinneringen .
gr Koos Wijmans