Op een Duits forum trof ik een experiment aan uit 2005. Dat ging om een bistabiel relais dat werd gebruikt om wissels om te zetten. Het waren vooral N-spoorders die dit gebruikten, en enkele M* K-rail rijders.
Toevallig zag ik er iemand mee op de beurs in Houten staan. Grappig. Ik heb er de volgende vijf foto's van gemaakt. Het gaat om een Gruner 703 12 VDC relais. Tot vorig jaar kon je die dingen kopen voor 93 eurocent per stuk. En je kunt ze alleen nog vinden in oude voorraden, want ze worden niet meer gemaakt. Definitief vervangen door flip-flops, denk ik.
Het is een relais met een spoel, die twee palletjes laat kantelen om twee asjes.
Er zit een rood schuifje op; dat verbindt de stand van het relais met een apart stroomcircuit voor bij voorbeeld hartstuk-polarisatie of terugmelding:
Hier een foto van de andere kant:
In dat rode schuifje is een speld (of naald) gesmolten.
Die draadveer (0,8 mm doorsnede) steek je door het wissel:
Detail van de situatie (lima wissel).
Bij de kraam stonden mensen dit te bediscussieren.
Voor- en nadelen alom.
Tegen:
Het maakt herrie: het relais klikt hoorbaar.
Het gaat onnatuurlijk snel.
Als je een wissel zo aansluit, dan kan de wisseltong niet worden open gereden vanaf de andere kant
Voor: het is compact, stofvrij, simpel, toereikend en goedkoop.
Als je dit gebruikt in een schaduwstation, dan wil je niet eens dat een wissel open gereden kan worden, dat geeft meer kans op storing en ontsporing. Dat nadeel telt dan niet.
Het enige echte bezwaar is dus herrie, en snelheid. Het ding gaat gewoon klak om.
Kosten per wissel 1-2 euro maximaal.
Uit de bespreking op dat forum bleek dat deze oplossing zich niet zo goed leent op digitale treinbanen. Waarom, dat stond er niet bij.
Er zijn nog Gruner relais te koop, maar je moet ernaar zoeken, tweedehands, op de bekende internet markten. Ze doen daar nog steeds 1, maximaal 2 euro per stuk.
De Gruner 703 is een gelijkstroom relais. Daarom moet je als je 'm met wisselstroom voedt, een diode (1N4001) stoppen tussen je aanvoerdraad en het middelste dunne pootje. Met de andere twee dunne pootjes (blauwe draad) laat je het relais omschakelen.
De drie dikke platte pootjes: de middelste is je stroomaanvoer. Afhankelijk van de stand van het relais krijgt een van de twee buitenste platte pootjes die stroom (deze stroom blijft lopen tot je het relais weer omschakelt). De brede platte pootjes gebruik je voor een lampje of voor bijvoorbeeld het polariseren van een slanke kruising.