Huub, het gaat dus over het verschil tussen de 2260 en de 2275.
De 2260 is strikt genomen geen Engels wissel, maar een Baeseler wissel. Zo genoemd naar de man die deze wisselvorm heeft uitgevonden. Kenmerk van een Baeseler wissel is dat de twee gebogen sporen tegen elkaar aanliggen, dus niet door elkaar heen lopen. De tongen liggen buiten de ruit die gevormd wordt door de kruising. Daarom wordt dit ook wel een Engels wissel met buitenliggende tongen genoemd.
De 2275 is wel een echt Engels wissel. De bogen lopen door elkaar heen, en de gebogen tongen liggen binnen de ruit van de kruising. Dus, een Engels wissel met binnenliggende tongen.
De beweging van de tongen staat hier los van.
De 2260 heeft 8 tongen die tegelijk bewegen. En binnen een groep van 4 zijn er 2 die de ene kant op gaan, en 2 die de andere kant op gaan. Door deze constructie stel je dus óf de beide doorgaande rijwegen in, óf de beide bogen.
Deze tongbeweging heet de kruisbeweging of schaarbeweging.
De 2275 heeft tongen die per groep van 4 apart worden bewogen, en binnen elke groep gaan ze allemaal dezelfde kant op. Daardoor kun je van de 4 mogelijke rijwegen er altijd maar 1 tegelijk instellen.
Deze beweging heet de parallelbeweging.
Maar zoals gezegd, dit staat los van het wisseltype. Een Baeseler kan ook uitgerust worden met een parallelbeweging, en een echte Engelsman kan ook een schaarbeweging hebben.
In het grootbedrijf komt de schaarbeweging praktisch niet meer voor. Daarvoor zijn twee redenen: het omleggen van 8 tongen tegelijk is bij een handwissel veel te zwaar. En voor de beveiliging is het niet handig dat er 2 rijwegen tegelijk mogelijk zijn.
PS: toen ik nog eens goed keek zag ik dat de 2260 maar 4 tongen heeft. Dat is een vereenvoudiging van Märklin, want een Baeseler in het grootbedrijf heeft toch echt 8 tongen.