Hallo allemaal,
Daan, klopt de verlichting van het stuurstand rijtuig wisselt pas bij een verplaatsing in tegengestelde richting van het stuurstand rijtuig!
Verder is het zo dat de uitvoering van het pricipe bepaald hoe vlug dat deze lichtwisseling tot stand wordt gebracht. Wordt de vrije ruimte tussen de contacten en veer groter dan zal het rijtuig ook over een grotere afstand moeten verplaatsen alvorens de lichtwisseling tot stand komt.
Ben net gaan kijken bij mijn Zwitserse stuurstand rijtuig, Märklin artikelnummer: 42178, en ook bij deze wordt er gewerkt met het zelfde principe. Welliswaar in een andere vorm.
Een metalen veer om de as word meegenomen door de as welke vervolgens contact maakt met een vast contactpunt.
En dus gaat de verandering van verlichting pas in nadat het stuurstandrijtuig in tegengestelde richting een kleine verplaatsing heeft gemaakt.
Echter de afstand van de te moeten maken verplaatsing alvorens de verlichting veranderd is bij de 42178 zéér klein omdat de vaste contacten zéér dicht bij elkaar liggen. De vrije afstand waarmee de veer tussen de contacten kan bewegen bedraagt slechts enkele tienden van een milimeter. En zodoende wisselt het rijtuig al van verlichting bij een verplaatsing in tegengestelde richting van minder één milimeter.
Het maakt de lichtwisseling een stuk realistischer, echter misschien ook gevoeliger voor storingen na verloop van tijd. Een eventuele storing zou dan kunnen ontstaan als zich bijvoorbeeld vuil dat elektriciteit kan geleiden tussen de contacten
gaat zitten.
Groet,
Jos